Hans-Otto Borgmann (1901-1977) componeerde muziek voor theater en film. In 1933 schreef hij de filmmuziek voor de nazi-propagandafilm Hitlerjunge Quex. Borgmann werkte vanaf 1937 nauw samen met Veit Harlan (1899-1964), regisseur van Jud Süss (1940), de berucht geworden antisemitische propagandafilm die tijdens de Tweede Wereldoorlog door meer dan twintig miljoen mensen werd bekeken. Na de oorlog bleef Borgmann in het theater en de film werkzaam. Zo dirigeerde hij in augustus 1945 aan het Hebbel-Theater in Berlijn de Driestuiveropera van Bertolt Brecht en Kurt Weill, twee tegenstanders van het nazi-regime. Hij componeerde in 1946 de muziek voor een documentaire over de Neurenberg-processen tegen de nazi-kopstukken In een latere fase van zijn carrière concentreerde Borgmann zich op de atonale muziek, een muziekgenre dat door de nazi’s tot de entartete Kunst, de ontaarde kunst, gerekend werd.